Louis Carolus-Barré en Paul Adam-Even, 'Les armes de Charlemagne dans l'héraldique et l'iconographie médiévales', in: Mémorial d’un voyage d’études de la Société nationale des antiquaires de France en Rhénanie (Juilliet 1951), Parijs 1953, p. 289-308. Adrian Ailes, 'The Attributed Arms of Charlemagne, 1200–1500', in: Charlemagne. An European Icon (online tijdschrift) (2016)
Het herkomstverhaal duikt vermoedelijk voor het eerst op in een heruitgave van Gregorio García, Origen de los Indios de el Nuevo Mundo, e Indias Occidentales, Valencia 1607, 2e dr. bewerkt. door Andrés Gonzales de Barcia, Madrid 1719, p. 272-273.
Georg Sello, 'Das Stadtwappen von Emden', in: Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländischde Altertümer zu Emden 14, Afl. 1 en 2 (1902), p. 236-279, hier 240.
Drie gouden kronen in een blauw veld golden in middeleeuwse wapenboeken als het wapen van Koning Arthur, maar het werd ook wel gebruikt voor andere personages uit de reeks van Neghen Besten. Het wapen van de stad Keulen [de], zetel van de aartsbisschop, had eveneens drie kronen, maar dan als symbool voor de Heilige Drie Koningen. In de Friese mythologie − met name in Thet Freske Riim − was verder sprake van een kroon die Noach aan zijn zoon Jafet had gegeven. Prins Friso had deze kroon later als bewijs voor zijn vrijheid samen met het vrijheidsvaandel mee naar Friesland genomen.