(Kamerstukken vanaf 1-1-1995 via officielebekendmakingen.nl:) Kamerstukken Eerste Kamer 25437 nr. 189, Gewijzigd voorstel van wet, 2 februari 1999; daarin onderdeel I-F resp. I-I voor afschaffing ‘bordeelverbod’ en afschaffing souteneurverbod.
(Kamerstukken vanaf 1-1-1995 via officielebekendmakingen.nl:) Kamerstukken Tweede Kamer 1996-’97 (‘Parlementaire documenten’, ‘dossiernummer’) 25437 nr. 3, Memorie van toelichting minister Sorgdrager, 1 juli 1997.
(Kamerstukken t/m 31-12-1994 via statengeneraaldigitaal.nl) Kamerstukken Tweede Kamer 1983-’84, 18202 nr. 4, Voorlopig verslag Vaste Commissie voor Justitie, 10 mei 1984; pag. 4 (CDA).
Het Franse bezettingsregime voerde in 1811 in het gebied dat later ‘Nederland’ zou worden de Franse strafwet, code pénal, in (bron: De Vries, pag. 142-143). Artikel 334 daarin zegt: “Wie een vergrijp pleegt tegen de goede zeden door als gewoonte de losbandigheid [la débauche] of de corruptie [la corruption] van de jeugd onder de 21 jaar (…) uit te lokken, te bevorderen of te faciliteren, zal worden gestraft met gevangenisstraf van zes maanden tot twee jaar en een boete (…). Indien de prostitutie [la prostitution] of de corruptie is uitgelokt, bevorderd of gefaciliteerd door hun vader, moeder, opvoeders (…) zal de straf twee tot vijf jaar gevangenis zijn en (…)” (Bron: Code pénal (Franse strafwet) van 1810.)