Het exacte aantal Nederlandse burgerslachtoffers dat in deze periode is gevallen is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De schattingen variëren tussen de duizenden tot tienduizenden doden. Zie in dit verband onder andere cijfers van het NIOD zoals gedestilleerd uit de archieven en het digitale NIOD-overzichtsartikel Japanse bezetting, Pacific-oorlog en Indonesische onafhankelijkheidsstrijd die het minimum van 3.500 officieel geregistreerde doden aanhoudt, exclusief de in 1948 nog 2.500 officieel vermisten. Historicus Remco Raben meldt in het Historisch Nieuwsblad, Het geweld van de Bersiap, juli 2011 dienaangaande dat: "De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest". Ook Lou de Jong is in zijn standaardwerk over de Nederlandse geschiedenis van mening dat dit dodencijfer veel te laag is. Zie hiervoor L. de Jong, Koninkrijk der Nederlanden. Deel 11a-c, Den Haag: Nijhoff 1975. Andere schattingen gaan dan ook uit van veel hogere aantallen. Zie in dit kader onder andere H. Th. Bussemaker, Bersiap! Opstand in het paradijs. De Bersiap-periode op Java en Sumatra 1945-1946, Zutphen: Walburg Press 2012 en R. Cribb, The brief genocide of the Eurasians in Indonesia, 1945/1946, in A. Dirk Moses. (ed.), Empire, Colony, Genocide. Conquest, Occupation, and Subaltern Resistance in World History. New York/Oxford, 2008. pp. 424-439, die beiden op 20.000 Nederlandse burgerdoden uitkomen. Frederick schat zelfs in dat het daadwerkelijke aantal doden de 35.000 overtreft. Zie hiervoor William H. Frederick, 'The killing of Dutch and Eurasians in Indonesia’s national revolution (1945-49): a “brief genocide” reconsidered', Journal of Genocide Research 2012/14, nr. 3-4. Volgens de Amerikaanse historicus Frederick en zijn Australische vakgenoot Cribb was de Bersiap dan ook niets anders dan een genocide. Ook Chinezen, Molukkers en Nederlandsgezinde Indonesiërs waren slachtoffer tijdens de Bersiap. Onduidelijk is echter hoeveel slachtoffers er onder hen alsmede onder Indonesiërs onderling zijn gevallen. Gearchiveerd op 12 april 2021.
Het exacte aantal Nederlandse burgerslachtoffers dat in deze periode is gevallen is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De schattingen variëren tussen de duizenden tot tienduizenden doden. Zie in dit verband onder andere cijfers van het NIOD zoals gedestilleerd uit de archieven en het digitale NIOD-overzichtsartikel Japanse bezetting, Pacific-oorlog en Indonesische onafhankelijkheidsstrijd die het minimum van 3.500 officieel geregistreerde doden aanhoudt, exclusief de in 1948 nog 2.500 officieel vermisten. Historicus Remco Raben meldt in het Historisch Nieuwsblad, Het geweld van de Bersiap, juli 2011 dienaangaande dat: "De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest". Ook Lou de Jong is in zijn standaardwerk over de Nederlandse geschiedenis van mening dat dit dodencijfer veel te laag is. Zie hiervoor L. de Jong, Koninkrijk der Nederlanden. Deel 11a-c, Den Haag: Nijhoff 1975. Andere schattingen gaan dan ook uit van veel hogere aantallen. Zie in dit kader onder andere H. Th. Bussemaker, Bersiap! Opstand in het paradijs. De Bersiap-periode op Java en Sumatra 1945-1946, Zutphen: Walburg Press 2012 en R. Cribb, The brief genocide of the Eurasians in Indonesia, 1945/1946, in A. Dirk Moses. (ed.), Empire, Colony, Genocide. Conquest, Occupation, and Subaltern Resistance in World History. New York/Oxford, 2008. pp. 424-439, die beiden op 20.000 Nederlandse burgerdoden uitkomen. Frederick schat zelfs in dat het daadwerkelijke aantal doden de 35.000 overtreft. Zie hiervoor William H. Frederick, 'The killing of Dutch and Eurasians in Indonesia’s national revolution (1945-49): a “brief genocide” reconsidered', Journal of Genocide Research 2012/14, nr. 3-4. Volgens de Amerikaanse historicus Frederick en zijn Australische vakgenoot Cribb was de Bersiap dan ook niets anders dan een genocide. Ook Chinezen, Molukkers en Nederlandsgezinde Indonesiërs waren slachtoffer tijdens de Bersiap. Onduidelijk is echter hoeveel slachtoffers er onder hen alsmede onder Indonesiërs onderling zijn gevallen. Gearchiveerd op 12 april 2021.
Het exacte aantal Nederlandse burgerslachtoffers dat in deze periode is gevallen is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De schattingen variëren tussen de duizenden tot tienduizenden doden. Zie in dit verband onder andere cijfers van het NIOD zoals gedestilleerd uit de archieven en het digitale NIOD-overzichtsartikel Japanse bezetting, Pacific-oorlog en Indonesische onafhankelijkheidsstrijd die het minimum van 3.500 officieel geregistreerde doden aanhoudt, exclusief de in 1948 nog 2.500 officieel vermisten. Historicus Remco Raben meldt in het Historisch Nieuwsblad, Het geweld van de Bersiap, juli 2011 dienaangaande dat: "De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest". Ook Lou de Jong is in zijn standaardwerk over de Nederlandse geschiedenis van mening dat dit dodencijfer veel te laag is. Zie hiervoor L. de Jong, Koninkrijk der Nederlanden. Deel 11a-c, Den Haag: Nijhoff 1975. Andere schattingen gaan dan ook uit van veel hogere aantallen. Zie in dit kader onder andere H. Th. Bussemaker, Bersiap! Opstand in het paradijs. De Bersiap-periode op Java en Sumatra 1945-1946, Zutphen: Walburg Press 2012 en R. Cribb, The brief genocide of the Eurasians in Indonesia, 1945/1946, in A. Dirk Moses. (ed.), Empire, Colony, Genocide. Conquest, Occupation, and Subaltern Resistance in World History. New York/Oxford, 2008. pp. 424-439, die beiden op 20.000 Nederlandse burgerdoden uitkomen. Frederick schat zelfs in dat het daadwerkelijke aantal doden de 35.000 overtreft. Zie hiervoor William H. Frederick, 'The killing of Dutch and Eurasians in Indonesia’s national revolution (1945-49): a “brief genocide” reconsidered', Journal of Genocide Research 2012/14, nr. 3-4. Volgens de Amerikaanse historicus Frederick en zijn Australische vakgenoot Cribb was de Bersiap dan ook niets anders dan een genocide. Ook Chinezen, Molukkers en Nederlandsgezinde Indonesiërs waren slachtoffer tijdens de Bersiap. Onduidelijk is echter hoeveel slachtoffers er onder hen alsmede onder Indonesiërs onderling zijn gevallen. Gearchiveerd op 12 april 2021.
Het exacte aantal Nederlandse burgerslachtoffers dat in deze periode is gevallen is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De schattingen variëren tussen de duizenden tot tienduizenden doden. Zie in dit verband onder andere cijfers van het NIOD zoals gedestilleerd uit de archieven en het digitale NIOD-overzichtsartikel Japanse bezetting, Pacific-oorlog en Indonesische onafhankelijkheidsstrijd die het minimum van 3.500 officieel geregistreerde doden aanhoudt, exclusief de in 1948 nog 2.500 officieel vermisten. Historicus Remco Raben meldt in het Historisch Nieuwsblad, Het geweld van de Bersiap, juli 2011 dienaangaande dat: "De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest". Ook Lou de Jong is in zijn standaardwerk over de Nederlandse geschiedenis van mening dat dit dodencijfer veel te laag is. Zie hiervoor L. de Jong, Koninkrijk der Nederlanden. Deel 11a-c, Den Haag: Nijhoff 1975. Andere schattingen gaan dan ook uit van veel hogere aantallen. Zie in dit kader onder andere H. Th. Bussemaker, Bersiap! Opstand in het paradijs. De Bersiap-periode op Java en Sumatra 1945-1946, Zutphen: Walburg Press 2012 en R. Cribb, The brief genocide of the Eurasians in Indonesia, 1945/1946, in A. Dirk Moses. (ed.), Empire, Colony, Genocide. Conquest, Occupation, and Subaltern Resistance in World History. New York/Oxford, 2008. pp. 424-439, die beiden op 20.000 Nederlandse burgerdoden uitkomen. Frederick schat zelfs in dat het daadwerkelijke aantal doden de 35.000 overtreft. Zie hiervoor William H. Frederick, 'The killing of Dutch and Eurasians in Indonesia’s national revolution (1945-49): a “brief genocide” reconsidered', Journal of Genocide Research 2012/14, nr. 3-4. Volgens de Amerikaanse historicus Frederick en zijn Australische vakgenoot Cribb was de Bersiap dan ook niets anders dan een genocide. Ook Chinezen, Molukkers en Nederlandsgezinde Indonesiërs waren slachtoffer tijdens de Bersiap. Onduidelijk is echter hoeveel slachtoffers er onder hen alsmede onder Indonesiërs onderling zijn gevallen. Gearchiveerd op 12 april 2021.
tandfonline.com
Het exacte aantal Nederlandse burgerslachtoffers dat in deze periode is gevallen is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De schattingen variëren tussen de duizenden tot tienduizenden doden. Zie in dit verband onder andere cijfers van het NIOD zoals gedestilleerd uit de archieven en het digitale NIOD-overzichtsartikel Japanse bezetting, Pacific-oorlog en Indonesische onafhankelijkheidsstrijd die het minimum van 3.500 officieel geregistreerde doden aanhoudt, exclusief de in 1948 nog 2.500 officieel vermisten. Historicus Remco Raben meldt in het Historisch Nieuwsblad, Het geweld van de Bersiap, juli 2011 dienaangaande dat: "De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest". Ook Lou de Jong is in zijn standaardwerk over de Nederlandse geschiedenis van mening dat dit dodencijfer veel te laag is. Zie hiervoor L. de Jong, Koninkrijk der Nederlanden. Deel 11a-c, Den Haag: Nijhoff 1975. Andere schattingen gaan dan ook uit van veel hogere aantallen. Zie in dit kader onder andere H. Th. Bussemaker, Bersiap! Opstand in het paradijs. De Bersiap-periode op Java en Sumatra 1945-1946, Zutphen: Walburg Press 2012 en R. Cribb, The brief genocide of the Eurasians in Indonesia, 1945/1946, in A. Dirk Moses. (ed.), Empire, Colony, Genocide. Conquest, Occupation, and Subaltern Resistance in World History. New York/Oxford, 2008. pp. 424-439, die beiden op 20.000 Nederlandse burgerdoden uitkomen. Frederick schat zelfs in dat het daadwerkelijke aantal doden de 35.000 overtreft. Zie hiervoor William H. Frederick, 'The killing of Dutch and Eurasians in Indonesia’s national revolution (1945-49): a “brief genocide” reconsidered', Journal of Genocide Research 2012/14, nr. 3-4. Volgens de Amerikaanse historicus Frederick en zijn Australische vakgenoot Cribb was de Bersiap dan ook niets anders dan een genocide. Ook Chinezen, Molukkers en Nederlandsgezinde Indonesiërs waren slachtoffer tijdens de Bersiap. Onduidelijk is echter hoeveel slachtoffers er onder hen alsmede onder Indonesiërs onderling zijn gevallen. Gearchiveerd op 12 april 2021.
Het exacte aantal Nederlandse burgerslachtoffers dat in deze periode is gevallen is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De schattingen variëren tussen de duizenden tot tienduizenden doden. Zie in dit verband onder andere cijfers van het NIOD zoals gedestilleerd uit de archieven en het digitale NIOD-overzichtsartikel Japanse bezetting, Pacific-oorlog en Indonesische onafhankelijkheidsstrijd die het minimum van 3.500 officieel geregistreerde doden aanhoudt, exclusief de in 1948 nog 2.500 officieel vermisten. Historicus Remco Raben meldt in het Historisch Nieuwsblad, Het geweld van de Bersiap, juli 2011 dienaangaande dat: "De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest". Ook Lou de Jong is in zijn standaardwerk over de Nederlandse geschiedenis van mening dat dit dodencijfer veel te laag is. Zie hiervoor L. de Jong, Koninkrijk der Nederlanden. Deel 11a-c, Den Haag: Nijhoff 1975. Andere schattingen gaan dan ook uit van veel hogere aantallen. Zie in dit kader onder andere H. Th. Bussemaker, Bersiap! Opstand in het paradijs. De Bersiap-periode op Java en Sumatra 1945-1946, Zutphen: Walburg Press 2012 en R. Cribb, The brief genocide of the Eurasians in Indonesia, 1945/1946, in A. Dirk Moses. (ed.), Empire, Colony, Genocide. Conquest, Occupation, and Subaltern Resistance in World History. New York/Oxford, 2008. pp. 424-439, die beiden op 20.000 Nederlandse burgerdoden uitkomen. Frederick schat zelfs in dat het daadwerkelijke aantal doden de 35.000 overtreft. Zie hiervoor William H. Frederick, 'The killing of Dutch and Eurasians in Indonesia’s national revolution (1945-49): a “brief genocide” reconsidered', Journal of Genocide Research 2012/14, nr. 3-4. Volgens de Amerikaanse historicus Frederick en zijn Australische vakgenoot Cribb was de Bersiap dan ook niets anders dan een genocide. Ook Chinezen, Molukkers en Nederlandsgezinde Indonesiërs waren slachtoffer tijdens de Bersiap. Onduidelijk is echter hoeveel slachtoffers er onder hen alsmede onder Indonesiërs onderling zijn gevallen. Gearchiveerd op 12 april 2021.